Skip to main content

FAQ

Hoe stabiel is kokos als groeimedium?

Onze eerste ervaringen met kokosgruis als groeimedium deden we op bij rozenkwekers. Een rozenteelt is lang, ongeveer vijf jaar. Hoewel kokosgruis een organisch materiaal is, bleek onze kokos tóch bijzonder stabiel te zijn. Na vijf jaar was de structuur nauwelijks veranderd.

Andere soorten kokos die niet stabiel zijn, verteren binnen korte tijd, waardoor er minder lucht is voor de wortels, met alle problemen van dien. Té oude kokos, maar ook heel ‘vers’ materiaal, is niet goed voor de stabiliteit. Dankzij onderzoeken, onder meer door de RHP, weten we nu veel over de stabiliteit van kokos. Zo weten we dat we kokos eerst moeten laten ‘verouderen’, waardoor het stabieler wordt. Niet voor niets slaan wij enorme hoeveelheden kokosgruis voor minimaal drie maanden op in bunkers. In die tijd neemt de stabiliteit van kokos toe, waardoor we kunnen spreken over een stabiel product.

Hoe kan ik niet-stabiele kokos herkennen?

De kleur in het begin kán een indicatie zijn, maar vaak wordt pas tijdens de teelt zichtbaar of het materiaal stabiel genoeg is. Wordt kokos tijdens de teelt donkerder en fijner? Dan neemt de luchtigheid af, waardoor het product vaak ook in elkaar zakt. Bij niet-stabiele kokoschips zien we ook een afname in volume én % lucht. Bij Dutch Plantin doen we er alles aan om dit te voorkomen.

Waarom zijn er verschillende growbags?

Onze growbags zijn er voor de teelt van alle soorten groentebloemen en zachtfruit. Voor gewassen met een grote waterbehoefte die ook nog in een warm gebied worden geteeld, is een fijner mengsel nodig om te voorkomen dat er onnodig water wordt gedraineerd of verdampt.

In noordelijkere gebieden wordt veel gebruikgemaakt van een meer drainerend mengsel. Het is belangrijk dat er overgedraineerd kan worden, zónder dat een gebrek aan lucht ontstaat. De wortels hebben water, lucht en voedingsstoffen nodig. Juist onder in het groeimedium, waar vaak de meeste actieve wortels te vinden zijn, komt het heel precies hoe goed het medium in staat is te draineren. Onze growbags zijn er ook in verschillende formaten. Weten welke growbag de beste is voor uw teelt? Neem contact met ons op, wij adviseren wij u graag.

Welke verschillen zijn er in kokosvezel?

Kokosvezel wordt al eeuwenlang gebruikt voor bijvoorbeeld bezems, touwen, matten en filters. Voor kokosvezel als toeslagstof in potgronden gelden uiteraard andere eisen. Past u daarom op voor kokosvezel (als toeslagstof) dat niet de juiste dikte of lengte heeft en waarbij geen garanties worden gegeven over de EC, het zoutgehalte. Dutch Plantin produceert kokosvezel specifiek voor de tuinbouw en wij garanderen een stabiele kwaliteit.

Wat houdt het wassen en bufferen van kokos in?

Kokosnoten groeien vaak in gebieden waar de ondergrond veel zouten bevat. Voorbeelden vind je wel op ansichtkaarten (denk aan de palmbomen aan mooie stranden). Dat betekent dat de kokosnoot makkelijk zouten als kalium, natrium en chloriden opneemt zonder daar problemen mee te krijgen. Dit in tegenstelling tot de meeste gewassen die in de professionele tuinbouw geteeld worden.

Omdat deze zouten in de hele plant te vinden zijn, is het een minimumeis om de producten die we aan deze boom onttrekken (de schil, in dit geval) te wassen om de EC, het zoutgehalte, op een acceptabel niveau te brengen. Doen we dit niet, dan zal de teler de kokos moeten wassen, omdat deze naast een veel te hoog natrium- en chloridegehalte, ook veel kalium bevat. Kalium is een antagonist (tegenwerker) van bijvoorbeeld calcium en magnesium.

Als de kokos gewassen is, is nog niet het hele probleem opgelost. Kokos heeft een (negatief geladen) complex, waarop een aantal positieve elementen te vinden zijn: natrium en kalium. Omdat deze elementen op het complex ‘plakken’ (zoals ijzer op een magneet) is er in eerste instantie geen gevaar voor de plantenwortel omdat deze natrium en kalium niet beschikbaar zijn. Het probleem begint zodra er bijvoorbeeld calcium bijgemest wordt. Op dát moment zal de calcium de kalium en natrium van het complex ‘afdrukken’ om er vervolgens zelf plaats te nemen. Het praktische gevolg is dan dat de calcium die op het complex zit, niet beschikbaar is voor de plant, terwijl de natrium en kalium opeens in het vrije bodemvocht zitten en dus wél beschikbaar zijn. Vooral aardbei is gevoelig hiervoor, evenals jonge opkweek van planten.

U kunt dit zien als een soort tijdbom. Om dit probleem te voorkomen, bufferen wij ons kokosgruis. Hier heeft de ‘ionenwisseling’ (zo noemen we het proces waarbij calcium de andere ionen van het complex drukt) al plaatsgevonden en zijn vervolgens de zouten als natrium en kalium weggewassen.
Gebruikt u gewassen of niet-gewassen kokos, dan kan het dus nodig zijn extra calcium te geven.

Wat is het verschil tussen een bruine en een groene schil?

Op het moment dat de kokosnoot geoogst wordt, is de buitenste schil nog groen. Deze schil wordt van de binnennoot afgepeld en in veel gevallen blijven de schillen jaren liggen in de kokosplantages. Slechts een klein percentage wordt gebruikt om er kokosgruis, kokosvezels en kokoschips van te maken. Omdat de groene (lees: ‘verse’) schil makkelijker te bewerken is, wordt deze door sommige producenten van substraten gebruikt. Bij Dutch Plantin kiezen wij juist voor de oudere, meer ‘verhoute’ en dus stabielere, bruine schil. De kokosproducten die hieruit gefabriceerd worden, zijn daardoor ook stabieler.

Wat is het effect van kokosvezels in growbags?

We weten dat vezels, als gevolg van hun capillaire werking, zorgen voor watertransport door het substraat. Het water wordt makkelijker opgenomen, maar draint ook makkelijker uit. Te korte vezels verliezen hun functie, te lange vezels zijn niet verwerkbaar. We weten ook dat de kokosvezel het substraat elastischer maakt. De vezels verbeteren de structuur van growbags. Echter, voor langere teelten kan dit juist tegenwerken. Kokosgruis en -vezels
bevatten lignine en cellulose. Lignine is ‘hout’ en is dus hard, cellulose is een zacht materiaal. Vergeleken met gruis bevatten vezels meer cellulose en minder lignine. Dit betekent dat de vezel sneller zal composteren dan gruis. Hoe snel de vezel composteert, hangt af van de omstandigheden tijdens de groei en de dikte van de vezel. Dikkere vezels hebben een kleiner oppervlak per gewichtseenheid en zullen minder snel afbreken.

Dit betekent dat kokosvezel bij gewassen zoals rozen geen positief effect meer heeft na een teelt van verscheidene jaren. Het heeft alleen een kortetermijneffect (een tot twee jaar). Om die reden adviseert Dutch Plantin in langere teelten 1/4 inch gezeefd materiaal. Dit lijkt fijner, maar het heeft een hoog luchtcijfer en is stabieler dan minder gezeefd materiaal (1/2 inch of zelfs 3/4 inch), omdat er minder vezel in zit. Wilt u hier meer over weten? Neem contact met ons op, wij adviseren u graag over het ideale mengsel voor uw teelt.

Sommige kokosproducenten stomen het kokos. Waarom doet Dutch Plantin dit niet?

Kokos wordt door sommige bedrijven gestoomd om onkruiden tijdens de teelt te voorkomen.
In het onderzoek dat Dutch Plantin liet uitvoeren naar de gevolgen van stomen voor de structuur van kokos, is nogmaals bevestigd dat stomen de structuur van kokos verslechtert.
Om de unieke eigenschappen van kokos te behouden, heeft Dutch Plantin gekozen voor een zeer strenge controle van grondstoffen en een schone productieomgeving, waardoor stomen niet nodig is.

Is er genoeg kokos beschikbaar?

Een actuele vraag, die ook speelt in de wereld van veen. Als het gaat om de beschikbaarheid van grondstoffen voor kokosproducten die in de tuinbouw gebruikt worden, zeggen wij van Dutch Plantin volmondig ‘ja’. Wij hebben deze beschikbaarheid namelijk laten onderzoeken en de schatting is dat er zo’n 9.600.000 hectare aan kokosplantages op de wereld is. Als we uitgaan van ongeveer 150 bomen per hectare, die ieder 75 noten per jaar leveren, zou dat betekenen dat er ieder jaar grondstoffen zijn voor bijna 6,5 miljoen ton kokosgruis!

Dat er genoeg grondstoffen zijn, wil echter niet automatisch zeggen dat er voldoende eindproduct beschikbaar is voor de professionele tuinbouw; de eisen die wij stellen vragen om een productieproces dat niet zomaar gerealiseerd is. Dutch Plantin is daarom ook trots op de vijftien productielocaties, verdeeld over Azië, Afrika en Nederland. Hier werken we aan de productie van verschillende kokosproducten die veilig ingezet kunnen worden.

De Dutch Plantin-fabrieken staan op grote afstand van de kust. Waarom is dat?

Kokospalmen groeien vaak op gronden die hoge zoutgehaltes bevatten. Denk aan de vakantiekaarten met grote palmbomen op de parelwitte stranden … De kokosnoot heeft geen moeite de elementen kalium, natrium en chloride te verdragen en goed op te nemen. In tegenstelling tot de meeste planten die professioneel opgekweekt worden, hebben deze zouten geen negatief effect op de palmbomen. In ons productieproces wassen we de zouten uit tot een acceptabel niveau. Doen we dat niet, dan heeft de kweker veel werk aan het spoelen van de kokos: natrium en chloor zijn niet gewenst en kalium is een antagonist voor calcium en magnesium.

Dutch Plantin maakt kokosgruis uit de bast van de kokosnoten van palmbomen die groeien op grote afstand van de zee. Deze bomen krijgen veel regenwater gedurende de moessons, waardoor deze groeien onder veel minder zoute omstandigheden. Daardoor bevatten de grondstoffen voor Dutch Plantins kokosgruis veel minder zouten. Bovendien zijn deze zouten gemakkelijker uit te spoelen, waardoor kwekers fors besparen op spoelwater.

De hogere vervoerskosten naar de havens zijn voor Dutch Plantin ondergeschikt aan onze visie voor de lange termijn: de kweker krijgt een veilig product van de hoogste kwaliteit kokos. Onze specialisten met jarenlange ervaring selecteren onze productielocaties strategisch en voor de lange termijn. Zo waarborgen we de beste kwaliteit, voor nu en de toekomst.